1) Sociale media zijn moderne Skinner box. 

De Skinner Box is ontwikkeld door F. Skinner in 1930. Het is een onderzoeksinstrument om te kijken hoe men het gedrag van dieren kon veranderen door bepaalde stimuli en beloningen te gebruiken. In dit experiment conditioneerden ze ratten en duiven om een bepaalde handeling uit te voeren, waarna ze werden beloond met voedsel. Uit verder onderzoek bleek ook dat wanneer men maar af en toe beloonde (en niet elke keer), de dieren meer gemotiveerd waren om hun best te doen voor de beloning. Voor een rapport van de Nationale Academie voor Media & Maatschappij werd onderzoek gedaan of jongeren die met Sociale Media bezig zijn hetzelfde geconditioneerd gedrag vertonen als de ratten en duiven in de Skinner Box. Wanneer dit zo zou zijn, zou dat betekenen dat de jongeren geen voldoende bewuste controle hebben over hun gedrag met Sociale Media. Ze zouden moeite hebben om onder de invloed van Sociale Media uit te komen. Nadat het experiment van Skinner geanalyseerd werd, bleek dat de ratten en duiven geconditioneerd werden door middel van bepaalde stimuli (geluid, licht, beweging). Het onderzoek dat uitgevoerd wordt voor de Nationale Academie voor Media & Maatschappij is het eerste onderzoek dat ingaat op de stelling dat de stimuli zoals in het Skinner Box experiment ook jongeren bereiken bij de Sociale Media. In dit onderzoek worden ook andere aspecten uit het experiment van Skinner gehaald, zoals onder andere vormen van geconditioneerd gedrag en effecten van beloningen die jongeren krijgen.

De beloningen die men krijgt door mee te doen met de Sociale Media hype is dat men aandacht krijgt in de vorm van volgers (mensen die je profiel volgen), reacties op posts en berichten en dat de informatie die jij deelt met je vrienden / volgers verder gedeeld wordt en de wereld rond gaat. Beloningen werken heel goed bij Sociale Media, jongeren geven aan dat ze een goed gevoel krijgen wanneer ze merken dat ze aandacht krijgen van anderen.

Wanneer de jongere niet precies weet of hij aandacht krijgt in de vorm van reacties, blijkt dat ze toch aandacht gaan proberen zoeken door veranderingen in hun gedrag aan te brengen. Dit komt overeen met het Skinner Box experiment, want wanneer de proefdieren niet altijd, maar slechts af en toe beloond worden, gingen ze harder werken om toch de beloning te kunnen krijgen. Jongeren geven hierbij aan dat ze aandacht vragen door zelf likes en shares (Facebook) weg te geven. Zo hopen ze dat ze deze ook zullen terugkrijgen.

> Referentie: Nationale Academie voor Media & Maatschappij (2012). Jongeren lijden aan Sociale Media Stress (SMS). Jongeren in de greep van Sociale Media. 

 

2) Jongeren onzeker door sociale vergelijking op sociale media.

Voor drie vierde van de jongeren wordt Sociale Media gezien als een goede bron om te weten wat hun vrienden op dat moment aan het doen zijn. Ook vindt drie vierde van de jongeren dat er veel opschepperij op Sociale Media komt te staan. Sociale Media worden heel veel gebruikt door jongeren om zich te gaan vergelijken met peers. Sociale Media zijn ook de perfecte mogelijkheid om je te vergelijken met personen waarmee je je vroeger niet kon vergelijken, zoals pop - en filmsterren. Deze vergelijking geeft de jongere het inzicht vindt mensen een heel positief beeld van zichzelf op Sociale Media plaatsen. Dit heeft invloed op hoe zij zich voelen als ze zelf iets plaatsen op de Sociale Media. Bij sommigen kan dit zorgen voor onzekerheid, een lage eigenwaarde en een negatief zelfbeeld omdat ze altijd vinden dat de anderen een veel interessanter leven en veel leukere vrienden hebben.

> Referentie: Nationale Academie voor Media & Maatschappij (2012). Jongeren lijden aan Sociale Media Stress (SMS). Jongeren in de greep van Sociale Media. 

 

3) Sociale Media dragen bij aan het participatief leren

De lerende persoon wordt door sociaal - constructivisten beschouwd als iemand die actief kennis en inzichten zal opnemen, in interactie met andere personen en met zijn of haar omgeving. Sociale Media ziet men als een krachtig middel om de sociale context te versterken, waarbij er in die context niet alleen gesproken wordt van sociaal leren door observeren en imiteren. Hier wordt ook teruggekeken naar het ontwikkelen van zelfvertrouwen, identiteit en een eigen 'stem'. Een belangrijke component van competentiegericht onderwijs is de authenciteit van de taken die uitgevoerd worden door de leerlingen. Een hogere mate van authenticiteit zal leiden tot complexere taken. Hoe men competentiegericht onderwijs inricht, kan bijvoorbeeld door een gezamenlijke wiki te maken als vorm van samenwerkend leren. Daarnaast kan men een weblog aanmaken om te kunnen reflecteren op de verschillende opdrachten die de leerlingen uitvoeren, dit veronderstelt interactie in de vorm van dialogisch leren (Laurillard, 2002).

 > Referentie: Moekotte, P. (2010). Sociale Media middel voor participatief leren. Vakblad voor opleiders in het gezondheidsonderwijs, 7, pp. 3 - 9.

 

4) Jongeren willen ouderlijk toezicht op hun gebruik van sociale media. Het wordt hen soms gewoon te veel.

Meer en meer jongeren gaan Sociale Media gebruiken, dat ze symptomen beginnen krijgen van socialbesitas. Deze symptomen zijn: 1) denken dat je telefoon trilt als dat niet zo is, 2) angst hebben om iets te missen en 3) bang zijn dat je je telefoon op bepaalde momenten niet kan raadplegen. Uiteraard zijn er nog veel meer symptomen, maar dit zijn de meest voorkomende. Jongeren zijn zich bewust van de nadelen die Sociale Media met zich meebrengt: het is heel afleidend, verslavend, je bent online altijd zichtbaar maar hebt minder persoonlijk contact. Ook ben je minder bezig met je omgeving en veel meer met je telefoon. Ondanks dat jongeren zich blijkbaar wel bewust zijn van de nadelen, vinden ze het moeilijk om te gaan met de risico's en verwachten ze controle van ouders. 

> Referentie: Remmers, F. (2013, Oktober 2). Jongeren voelen druk 'sociale' media. De Twentsche Courant Tubantia. pp. 3.

 

5) Meisjes gebruiken meer sociale media dan jongens.

Uit cijfers van het IVO (Rotterdam) blijkt dat 6 procent van de jongeren hun persoonlijke gebruik van Sociale Media als problematisch ziet, meer meisjes (9 procent) dan jongens (4 procent).  

> Referentie: Remmers, F. (2013, Oktober 2). Jongeren voelen druk 'sociale' media. De Twentsche Courant Tubantia. pp. 3.

 

6) Sociale Media gevaar voor cybersecurity.

Websense, een bedrijf gespecialiseerd in beveiligingssoftware sinds 1994, doet zeven voorspellingen die zo goed als allemaal zullen uitkomen.

a. Naïef gebruik van Sociale Netwerken en Sociale Media zorgt voor een heel grote kans dat je Sociale Media ID gestolen wordt, wat cybercriminelen tegenwoordig veel interessanter vinden dan je creditcard.

b. De belangrijkste cyberaanvalmix (blended attack) zal gebeuren via onze 'vrienden' op Sociale Media en Sociale Netwerken.

c. Ook zullen er volgend jaar voornamelijk cyberaanvallen plaatsvinden op smartphones en tables, aangezien we daar het meest actief naar Sociale Media surfen.

d. Er kan een blinde vlek gezet worden bij het gebruik van sites als Google, Facebook en Twitter (die veilige SSL/TLS - tunnels zouden hebben). Deze blinde vlek zal gebeuren op momenten dat security - tools niet in staat zijn om in de tunnels te decryplten, waardoor het systeem faalt en men geen idee heeft welke informatie van het bedrijfsnetwerk naar binnen en naar buiten gaat.

e. Zorg dat er een permanent zicht is op data die eventueel weglekt of binnenkomt. Hiervoor kan je een containment - zone instellen die continu wordt gemonitord. 

f. Ook zijn er externe sociale factoren die een zorg zijn. Grote events als de Olympische Spelen, de presidentsverkiezingen in de VS en de bekende einde - der - tijdenvoorspellingen. Deze gebeurtenissen worden gebruikt om grote cyberaanvallen voor te bereiden en uit te voeren.

g. Social Engineering en malafide antivirusproducten zullen de overhand nemen. Een grote rol is hier weggelegd voor de 'exploit kits', wat softwarepakketten zijn die systematische aanvallen mogelijk maken.

> Referentie: Duivestein, S.; Bloem, J. &Van Manen, T. (2012). De zwarte kant van sociale media. Alarmbellen, analyse en de way - out. Groningen: LINE UP boek en media bv. pp. 18.